Het is beangstigend hoe snel de tijd
vliegt. Japan, een land waar we allebei ontzettend naar uitkeken, leek nog zo
ver weg. En voor je het weet zit je op een vliegtuig met bestemming Narita
Tokio.
In Nieuw-Zeeland stikt het van de
Japanners. Zij hebben ons zinnen en woordjes aangeleerd die we meteen konden
oefenen in het vliegtuig. De stewardesse van Japan Airlines knikte instemmend
telkens we iets vroegen in het Japans. We waren trots dat ze ons verstond. Tot
ze na vijf uur vliegen een beetje gegeneerd zei dat ze Thaise was en geen
letter Japans sprak. Pijnlijk.
De communicatieproblemen zouden er niet op
verbeteren. Het begint al op de trein van de luchthaven in Narita naar de
Japanse hoofdstad Tokio. Nog maar net geïnstalleerd, of er komt al een
controleur langs met een zak vol koekjes. Ze begint druk te gesticuleren waarop
we haar in gebarentaal duidelijk maken dat we geen honger hebben. Ze blijft
staan en haalt een geplastificeerde kaart uit haar tas, met daarop in het
Engels en Japans: ‘U zit in eerste klasse’. Ze kijkt streng en wijst met haar
vinger naar zin nummer twee: ‘Kan u alstublieft verhuizen naar de volgende
wagon?’. Ten slotte schuift ze, wanneer we aanstalten maken om recht te staan,
met haar vinger naar zin nummer 3: ‘Dank u’.
|
Kaartjes kopen via een automaat is een ware marteling
|
|
Handleiding bij wc, godzijdank met icoontjes |
Labels: Japan
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage