zondag 30 november 2008

Frietjes en tomate crevette

Tijdens deze wereldreis hebben we van weinig dingen last. Heimwee kennen we niet. Maar af en toe zijn we het lokale eten beu en verlangen we naar frietjes of tomate crevette, om maar iets te zeggen.

Kathmandu lost dat probleem op. Want daar is een frituur. Een echte, zoals bij ons. De uitbater was speciaal naar ons land gekomen om een cursus frieten bakken te volgen in Deinze. Hij woonde afwisselend in Edegem en Aartselaar, was fan van de geweldige VRT-kinderreeks Kulderzipken en heeft uiteindelijk een friteuse en bijhorend materiaal geïmporteerd naar Nepal.

De resterende dagen liet ik Sofie achter in het hotel en ging ik frietjes eten. De laatste dag zelfs vier keer, in een puntzak, met speciaalsaus apart. 

Labels:

vrijdag 28 november 2008

Plaaster III

In de Ciweckliniek krijgen we te horen dat als we willen vliegen, de plaaster (opnieuw) in twee moet gezaagd worden omwille van de veiligheid. Jet Airways, de maatschappij waarmee we naar India vliegen, weigert naar het schijnt plaasters uit angst dat wat eronder zit zou beginnen te zwellen. Voor de tweede keer wordt het gips open gespleten. O hel.

Labels:

donderdag 27 november 2008

Plaaster II

De pijn aan de voet vermindert niet. Sofie denkt dat haar voetje schuin staat en vindt dat ze een Charlie Chaplin-tred heeft. Opnieuw een afspraak met de dokter gemaakt die op dat moment aan het werk is in een plaatselijk, allesbehalve hygiënisch ziekenhuis. De arts besluit de plaaster te verwijderen met een roestige cirkelzaag (????). Sofie draait bijna weg van schrik, ik durf niet te kijken. Nee, we hebben geen gips meer, zegt de dokter. Kan u alstublieft naar de apotheker gaan. Tja, overal uitverkocht. Apotheker nummer zes heeft nog enkele pakjes in voorraad. Ik kan kiezen tussen blauw of roze. Ik kies voor blauw.

Labels:

woensdag 26 november 2008

Verwennerij

De plaaster is trouwens een prachtig excuus om onszelf te verwennen, met lekker etentjes, een mooi hotel en heel veel taxiritten. 

Labels:

Plaaster I

Van sightseeing komt er niks meer in huis. De pijn aan de voet verergert. We gaan voor een tweede opinie naar de ‘internationale’ Ciwec-kliniek. De radiografieapparatuur is professioneel (Agfa, jawel). De meeste dokters genoten een opleiding in de Verenigde Staten. We krijgen een peperdure rekening voorgeschoteld om vast te stellen dat naast Sofies' ligamenten ook haar enkel is gebroken. Ze krijgt een mooie loopplaaster. We verhuizen naar een hotel met een lift.

Weinig gezien in Kathmandu

Sofies' yetiklomp gooit roet in het eten



Labels:

maandag 24 november 2008

Krukkenshopping

De bus op naar Kathmandu. Een beproeving voor Sofies been. De krukken van de dokter moesten we teruggeven. Terwijl de meeste mensen soevenirs kopen in de hoofdstad van Nepal, gaan wij op zoek naar krukken. We twijfelen tussen metalen (25 euro) of houten (4,5 euro) en na heel lang nadenken kiest Sofie voor de houten omdat ze hipper ogen.

Labels:

zondag 23 november 2008

Op de tanden bijten

Sofietje bijt op haar tanden en wil de safari die we net boekten in Chitwan National Park niet verpesten. Ze gaat mee waar ze kan.



Labels:

vrijdag 21 november 2008

Breek eens een been

Paul van ons Annapurnateam had wat ervaring met rafting en vertelde ons dat we de gevaren om te raften in Nepal niet mochten onderschatten. Toch wilden we het absoluut proberen, en besloten om na de trek vanuit Pokhara de Lower Seti-rivier af te varen. Een makkie volgens kenners. Maximum ‘klasse 3, wat zou wijzen op de versnellingen van het wassende water. Twee dagen zou het duren, overnachten deden we in een tent.

Dag één was wondermooi, ons tentje zetten we op langs de rivier. Pure rust, geen mensen, alleen een haardvuur, lekker eten en alcohol gedronken van bamboestokken (millet). Perfecte setting.

Dag twee wil Sofie absoluut vooraan in de boot zitten, ook al heeft ze weinig raftingtalent en lijkt ze met haar peddel meer in de soep te roeren dan de boot in de juiste richting te roeien.

Mooi weer, alles zit mee, tot de laatste rapid. De boot plooit bijna letterlijk in twee op een golf en we raken rotsen. Sofie schreeuwt het uit, ik laat onmiddellijk mijn peddel los, de boot tolt in alle richtingen en merk dat het superernstig is. Haar enkel zwelt, haar been wordt blauw. We kunnen niets anders dan naar een 'ziekenhuis' gaan in een lokaal dorpje.

De radiografieën worden genomen in een vuil kot. Vol modder. Onbeschermd. Sofie is twee keer bestraald, ik één keer. Verdict: niets aan de hand, ‘slechts’ ligamenten gescheurd. Na een week zou ze terug kunnen lopen. Een steunverband en een beetje zalf zouden het probleem moeten oplossen. Sofie leent krukken van meneer doktoor en pikkelt meteen als een volleerd krukkenloopster rond. Makkelijk is het niet. Voor het eerst sta ik er alleen voor en moet ik er alleen op uit. Het is wennen en ik ben kwaad dat het gebeurd is. 

Van pure emotie heb ik bijna alle foto's van die prachtige tocht gewist. Behalve deze.



Labels:

woensdag 19 november 2008

Op het dak van de bus

Bussen in Nepal hebben iets claustrofobisch. Stoelen staan te dicht op elkaar, op maat van de plaatselijke bevolking (en Sofie), maar mijn benen zaten altijd wel een beetje dubbel. Tot we ontdekten dat we ook op het dak van de bus mochten meerijden. Kicken ! Na afloop zagen we er wel niet uit. Haren in de war. Blauwe lippen. Elegant is anders.

Labels:

maandag 10 november 2008

Annapurna Base Camp

Pokhara is de uitvalsbasis voor trekkings in de Himalaya. Meest bekende berg die je er kan beklimmen is de Annapurna I: 8.091 meter. Ietsje te hoog voor ons. Maar het Annapurna Base Camp (4.130 meter) lag wel binnen onze fysieke mogelijkheden. De Annapurna Sanctuary Trek duurt negen dagen en brengt je via kleine dorpjes, rijstvelden, watervallen, kolkende rivieren en zwiepende hangbruggen vlakbij de Annapurna South (7.219 meter) en de Machapuchere (oftewel de Fishtail Peak, 6,991 meter). Permits geregeld, rugzak geprepareerd, en hop, negen dagen pure natuur. Veel toeristen nemen een sherpa (drager) mee en een gids, maar de paden zijn zo mooi uitgestippeld dat wij het overbodig vonden.

Een belangrijke taak van de porters is ervoor te zorgen dat hun klanten een dak boven het hoofd hebben. Hoe hoger je klimt, hoe schaarser de logies en hoe problematischer het wordt om ergens een bed te vinden. In sommige gehuchtjes zijn er slechts drie guesthouses.

Gelukkig is de trekking een sociaal gebeuren, eet je ’s avonds samen aan een grote tafel en leer je leuke mensen kennen, die de volgende dag solidair zijn en een bed voor je regelen. Na dag drie waren we met z’n achten (1 Amerikaanse, 4 Australiërs en 1 Brit) en spraken we af dat wie het snelst boven was voor kamers zorgde. De lodges zijn zo klein dat we vaak met ons groepje een volledig huisje in beslag namen. Ambiance. Het deed pijn om na 9 prachtige dagen onze instantfamilie te verlaten.

Van alles wat we al gezien en gedaan hebben, was dit misschien hét hoogtepunt. Bestaat er iets mooiers dan te vertrekken in een bijna tropische hitte, langs rijstvelden, om vervolgens enkele dagen later terecht te komen in een maagdelijk wit sneeuwlandschap waarin je de ooit onbereikbare reuzen van de Himalaya bijna kunt aanraken? Pure magie. 
























Labels:

zondag 9 november 2008

Rust

Nog maar net over de grens of we komen al op adem in Nepal. De bussen zijn in vergelijking met Indië luxueus, de mensen zijn zacht en vriendelijk, en de lucht –zeker op weg naar Pokhara, aan de voet van de Himalaya, is zuiver. Geen lawaai. Na vier weken hectisch India snakten we naar rust.

Labels:

dinsdag 4 november 2008

Sla eens een Indiër bis

Pech, geen vluchten meer van Varanasi naar de hoofdstad van Nepal, Kathmandu. Dan maar overland, met een lokale bus. De ‘luxueuze’ versie –lees bus met ramen- vertrekt om 8 uur ’s avonds, maar omwille van technische redenen start ze niet en moeten we overstappen op een roestige rammelkar. Zonder ramen, met houten bankjes. O hel. ’s Nachts hebben we de opdringerige Indiërs letterlijk van ons moeten afduwen/-slaan. Om beurt. Als ik het beu was, sloeg Sofie, was Sofie het beu, sloeg ik. Na 9 lastige uren nog even boel met een Indische douanier die dacht geld te moeten vragen voor een onnozele paspoortcontrole om even later te belanden in het aards pardijs. Veel groen, lieve mensen en geen oplichters. Ergens zagen we grafitti op een brokkelige muur: I (‘ll) N(ever) D(o) I(t) A(gain), N(ever) E(ending) Peace A(nd) L(ove). Niet helemaal mee eens, maar toch konden we het begrijpen.

Ons gammel buske


Labels:

maandag 3 november 2008

Stad aan de Ganges

We komen op adem in Varanasi (Benares), de heilige (studenten-)stad langs de Ganges die meer dan 1 miljoen mensen telt ! Varanasi is voor een hindoe wat Mekka voor een moslim is. Indiërs komen van heinde en verre om te baden in de Ganges, die het slechte karma uit vorige levens zou wegwassen.

Ze cremeren hier ook hun doden. Langs  het water zie je brandstapels met lijken, meestal omringd door mannen. Vrouwen blijven thuis omdat verondersteld wordt dat zij de rust verstoren met hun emotioneel gekrakeel. Tja. Wie vergaat in de Ganges, kan ontsnappen aan de cyclus geboorte, dood en wedergeboorte en in een andere -hogere en betere- kaste terechtkomen. Voor ons is het een hallucinant, fascinerend schouwspel dat we vanop een afstand trachten gade te slaan. 





Labels:

zondag 2 november 2008

Met ratten op de trein

Eindelijk verlost van onze chauffeur, Deepak. Fijne jongen, dat wel, maar het is een foute keuze geweest. Jammer, maar niks aan te doen. Voor eerst worden we niet bij het handje gehouden en stappen we alleen de trein op richting Varanasi.

Sofie panikeert al meteen omdat ze overal ratten ziet. Ze verstijft van angst, maar eens op de gammele trein vergeet ze de beestjes en jaagt ze de mensen die zich genesteld hebben op ons bed zonder verpinken weg. This is our bed, zegt ze. Geweldig grappig. Ze geneert zich niet en schudt aan armen en benen tot ze rechtstaan. Door een overboeking werd elk stapelbedje drie !! keer bezet. Ondanks het lawaai en rumoer komen we na veertien uur heelhuids aan in Varanasi. ’s Ochtends worden we wakker met verse chai. 

Onze trein

Labels: